Een huis in een straat. Een vrouw op een stoel. Wachtend, ingespannen luisterend, hopend op het flinterdunne geluid van voetstappen op het grind. Al jarenlang.
Splinternieuwe voorstelling van de broers Walschaerts. Een familiesaga. Raf en Mich waden door de verzonken moerassen van hun eigen familieverleden, spitten de oude verdoken geheimen op. De groteske, hartverscheurende verhalen, soms gebulderd aan de met bier overgoten feesttafel, soms gefluisterd in een hoekje van de keuken, vaak verzwegen uit schaamte.
Doorheen de jaren ontwikkelde Kommil Foo een volstrekt unieke manier van voorstellingen maken: ontroering, hilariteit, prachtige songs en een absurde beeldtaal vechten om voorrang. Voorstellingen over de mens en zijn alledaagse tragiek. De toeschouwer wordt daarbij steevast op het puntje van zijn stoel gedwongen: lachen of huilen?
'Grind'.