The Day a Pig Fell into the Well Hong Sangsoo

Seoel, Zuid-Korea, 1996. De niet al te getalenteerde romanschrijver Hyo-seop is verliefd op Bo-gyeong, een getrouwde vrouw. Min-jae, een ticket verkoper in de bioscoop, is op haar beurt smoorverliefd op Hyo-seop en neemt allerlei baantjes aan om hem te onderhouden. Maar de liefde is niet wederzijds en hij ziet er geen graten in om regelmatig geld van haar te lenen. Bo-gyeong is getrouwd met Dong-woo, die goed verdient – ook al vindt hij zijn baan niet leuk. Hij verdenkt zijn vrouw ervan dat ze hem bedriegt.
The Day a Pig Fell into the Well kan worden gezien als een sociologisch portret van het leven in Seoel in 1996. In vier afzonderlijke maar onderling verbonden verhaallijnen schetst de film een ongenadig beeld van hoe ingewikkeld de liefde kan zijn en hoe pijnlijk een gebrek eraan kan aanvoelen.
In zijn eerste langspeelfilm, door verschillende critici het beste Zuid-Koreaanse debuut ooit genoemd, breekt Hong Sangsoo met de gecensureerde Zuid-Koreaanse cinema die tot dan de boventoon voerde. In plaats daarvan richt de regisseur zijn blik op vier jongvolwassenen die leren om te gaan met de vrijheden en valkuilen van het harde moderne leven in Zuid-Korea. Vakkundig legt hij bloot wat er zich onder het gepolijste oppervlak van het alledaagse leven afspeelt.