Ze verlaat haar onderkomen bij dageraad en gaat op in het uitgestrekte landschap, haar 6 x 6-camera in de aanslag. De overgang van duisternis naar licht vormt voor haar het signaal om los te laten. Ze kom midden in een stroom terecht van oeroude of van plotse, flitsende gebeurtenissen. Een waterval, een vogel. Ze vergeet. Her en der opgaand in de ruimte, drukt ze af wanneer ze ziet hoe het beeld zich manifesteert in de ziel van haar onderwerp, wanneer het oervorm wordt en haar fotografie de stempel zal dragen van deze eenstemmigheid.
Kosmisch, microscopisch, bladert ze door de tijd en de bladzijden duiken, eens in de donkere kamer, terug op in haar hoofd. Ze houdt van deze uitspraak van Pascal Quignard: «Bij de mens en bij de meeste levendbarend gaat tijd verloren. In de natuur en, meer bepaald bij de planten, wordt tijd teruggewonnen.» Ze wacht op die tijd.Een seconde volstaat, soms iets meer, soms iets minder. Ze gebruikt geen statief en beweegt, alles is in beweging. Het is nog duister wanneer een seconde van het leven tot stilstand komt in haar camera. Ze weet niet wat het is, en houdt van dit niet weten. Later, in de donkere kamer, zal ze kunnen zien of de droom standhoudt. (...)
Corinne Mercadier